De dierenwinkel, met aan de linkerkant de slagerij. |
In Porlock moeten we 40 minuten op de bus wachten. Tijd genoeg om er nog even rond te kijken. Vorig jaar zaten we hier in het Lorna Doon Hotel. Dat was in september. Waren we hier toen niet zo verregend en hadden we niet zoveel meegemaakt, met bussen die niet meer reden en aardige Engelsen die ons door het noodweer helemaal naar Lynmouth brachten, dan hadden we er nooit zoveel aandacht aan besteed. Porlock, het is de herinnering aan het avontuur die maakt dat deze plek beklijft.
Nu is het zomer. De bushalte is op de hoek van de ingang naar een parkeerplaats. Op de andere hoek is het toiletgebouw van de gemeente – in Groot-Brittannië grijp je nooit mis als je ergens nodig moet. Aan de kant van de bushalte krijg je als je de straat in loopt (en je kunt het allemaal nalopen in Google Streetview: we bevinden ons in High Street ter hoogte van Doverhay Car Park) eerst een antiekzaakje, dan een woonhuis, dan een apotheek en een lunchroom, dan komt er een slager, en naast de slager, hoe kan het ook anders, is de dierenwinkel. Van het ene dier hebben we bedacht dat we het mogen opeten en van het andere dier niet. Het zal iets met de aaibaarheidsfactor te maken hebben.
Klik op de plaatjes voor alle details. |
Maar we blijven hier niet op de stoep staan. De honden en de etalage lokken ons met het grootste gemak naar binnen. We komen in een soort van rariteitenkabinet terecht, met allemaal verschillende ruimtes. Aan de wanden, het plafond, op de grond langs de schappen en andere uitstallingen, de vitrines, overal staan en hangen spullen en spulletjes. Duizend dingen.
Er is een smalle ruimte met honden- en kattenbrokken en tuigjes en speeltjes voor de dieren, maar verder zien we vooral heel veel 'speelgoed' voor hun tweebenige begeleiders.
IJs hebben ze ook nog, bij Squires. |
Leuke anekdote! Groeten Jacob
BeantwoordenVerwijderen