Er staat zoiets als RIPO en daaronder PEINTURE LAQU. Dat laatste moet LAQUE zijn, 'verf'. Als je daarop zoekt kom je al snel de merknaam Ripolin tegen, en nu zie ik dat LIN opeens ook doorschemeren op het plaatje. Met deze woorden combineer ik weer mijn Frans voor oude muurreclames: 'ancienne publicité murale ripolin peinture laque' en krijg ik een duidelijke afbeelding te zien:
De zich herhalende figuren zijn drie schilders met strooien hoedjes op en stofjassen aan. Twee schrijven een tekst op de rug van hun voorganger, de achterste en de middelste, de voorste schrijft vervolgens op de muur. Ze maken reclame voor het merk Ripolin, een lakverf die kan worden gebruikt op metaal, gips, hout en cement, zo maken we op uit wat de laatste opschrijft. In Frankrijk staan de drie bekend onder de van de merknaam afgeleide namen Riri, Polo en Lino. In oktober1898 figureerden ze in de eerste Franse reclamefilm, waarvan alleen wat foto's bewaard zijn gebleven:
Een echt Frans merk, zou je denken, met die Franse reclameplaat en de strooien hoedjes die de schilders daarop ophebben. En ook de merknaam zelf klinkt helemaal Frans. Toch is Ripolin van oorsprong een Nederlands merk. Op de Franse Wikipedia-pagina lees ik – met behulp van Google Translate – dat een Nederlandse scheikundige van Pruisische afkomst, Carl Julius Ferdinand Riep (1835-1898), in 1887 een proces uitvond om vernissen op olieverfbasis te maken die snel droogden en die hij de naam 'Riepolin' gaf. Hij werkte voor de NV Nederlandsche Stoomverffabriek in Haarlem. Na drie jaar werd de fabricage van de vernis overgenomen door koopman en financier Otto Wilhelm G. Briegleb, die zich met Riep en zijn zoon Fritz Johannes Wilhelm Julius Riep (1867-1957) in Amsterdam vestigde. Vervolgens opende Briegleb een fabriek in Hilversum, die hij aanzienlijk kon uitbreiden door samen te werken met andere verfproducenten in Europa, voornamelijk in Londen en Parijs. De fabriek in Hilversum produceerde in 1901 bijna 450 liter verf per dag.
In 1897 werd over een licentie onderhandeld met de Franse firma Lefranc & Cie (het latere Lefranc & Bourgeois) die 'Riepolin' verfranste tot 'Ripolin'. Zij produceerden al lak- en vernisproducten voor kunstenaars en ambachtslieden. Op de Engelse Wikipedia-pagina lezen we dat Picasso en Le Corbusier verf van Ripolin gebruikten.
De fabriek in Hilversum heeft tot 1975 bestaan. Daarna kwam alle verf van Ripolin uit België en Frankrijk. Sinds 2011 is het merk in Amerikaanse handen.
Egbert Pelgrim schreef een uitgebreid en zeer lezenswaardig artikel over de geschiedenis van de verffabriek. Hij schrijft onder andere dat je voor het woorddeel 'lin' aan het Franse huile de lin kan denken, dat 'lijnolie' betekent. Maar toen de naam bedacht werd, in het begin nog geschreven als Riepolin, bestond het merk nog niet in Frankrijk. Er is daarom nog een andere verklaring mogelijk, en misschien dat die meer voor de hand ligt, namelijk dat de merknaam ontstaan is uit samenvoeging van de naam Riep en 'Lina', de roepnaam van Carl Rieps vrouw Caroline.
Het is in ieder geval wel zo dat in 1902, wanneer het tafelzout van Cérébos zijn intrede doet op de Franse markt, de verf van Ripolin daar al vijf jaar gemaakt en verkocht wordt. Verf waarmee ook kunstenaars aan de slag gingen, waarmee de cirkel rond is en we weer uitkomen bij dat schilderij van Niek van der Plas van het haventje van Honfleur met de zon op het gele pannendak van de visafslag. De visafslag waarop destijds die muurreclames te zien waren.
Niek van der Plas, Haven van Honfleur. Olieverf op paneel, 30 x 50 cm. |
Lijnzaadolie wordt gewonnen uit de zaden van 'een' vlassoort, Linum spec. uit de vlasachtigen familie, Linaceae. Lijnzaad, linseed, Leinsamen, graines de lin. Er is ook een soort die gebruikt wordt om na enkele bewerkingen linnen van te spinnen. Mooi verhaal weer, je kan zó het schnabbelcircuit in!
BeantwoordenVerwijderenHeerlijk die uitzoekerij
BeantwoordenVerwijderen