|
Portwrinkle, met de bushalte aan zee, op Finnygook Lane. |
In Portwrinkle waren we afgestapt, in juni, terwijl we tot Plymouth zouden lopen. Dat was ons doel.* Maar we pakten de bus en gingen nog eens terug naar Polperro. Om twee Cornische mokken aan te schaffen. En dan konden we ook nog even naar die leuke pub, waar we zo lekker gegeten hadden. Maar de pub was dicht en die mokken hadden we ook wel elders kunnen vinden. En Polperro, dat leuke plaatsje, voelde niet meer hetzelfde als toen we er voor de eerste keer waren. Hadden we nou maar gewoon doorgelopen, zoals het plan was.
|
Portwrinkle op 20 september. |
Kortom: Portwrinkle begon te wringen. What's in a name. Begon zodanig te wringen dat we besloten dit laatste stuk, en nog een stukje extra, alsnog te gaan lopen. In september. Bij de 207 kilometer van juni konden we dan nog zo'n 40 kilometer optellen. Dat stukje extra was tot Wembury. En ook nog eens vanuit Wembury weer terug naar Plymouth, een kilometer of 13 voor stukken die we ooit hadden overgeslagen, strafkilometers.
|
Portwrinkle op 27 juni. |
Bij dezelfde bushalte waar we ooit waren opgestapt naar Polperro, stapten we op 20 september weer uit. Om alsnog naar Plymouth te lopen. Er zaten een kleine drie maanden tussen, 12 weken om precies te zijn. Net als toen was het ook nu zonnig weer, bijna windstil, de bloemen van toen waren uitgebloeid, maar er bloeiden weer andere, nieuwe bloemen, en het pad, dat was geen steek veranderd, alsof je er gisteren nog op gelopen had en een dag later de draad weer oppakte.
|
Omkijken naar Portwrinkle. |
Achteraf mogen we concluderen dat het laten schieten van de laatste etappe om twee aardewerken mokken niet voor niets is geweest. De kilometers die we nu alsnog gelopen hebben, plus nog wat kilometers extra, hebben ons tal van nieuwe ervaringen opgeleverd en een leuk stel vrienden. Waarmee maar weer eens bewezen is dat niets voor niets is in het leven.
* Oorspronkelijk zouden we van Penzance tot Plymouth lopen, zo'n 240 kilometer.